Inzicht 1: Ik ben niet medeschuldig aan mijn trauma

Sara Kroos: ‘In mijn kindertijd ben ik jarenlang seksueel misbruikt door mijn oom. Toen ik een paar jaar geleden te hard had gewerkt en veel stress had, kwam dat trauma weer extreem naar boven.

Bevrijd jezelf van oude pijn
Training

Bevrijd jezelf van oude pijn

  • Ontdek hoe oude ervaringen nu nog meespelen in je keuzes en gedrag
  • Verwerk je mentale pijn met bewezen effectieve technieken
  • Ervaar meer innerlijke rust, zelfvertrouwen en vrijheid
Bekijk de training
Nu maar
69,-

Ik raakte in een crisis, was enorm in de war en werd opgenomen in een psychiatrische kliniek. Daar kreeg ik intensieve therapie om wat er in mijn jeugd is gebeurd te verwerken.

Ik was eind dertig en dit was de eerste keer dat ik me zo openstelde en praatte over het seksuele geweld in mijn kindertijd. Het was angstaanjagend om daarnaar terug te gaan. Ik heb me nog nooit zo klein en breekbaar gevoeld, alsof ik weer een kind was.

Ik was in een vreemde omgeving, was psychisch instabiel, kwetsbaar en afhankelijk van de zorgverleners. Nu realiseer ik me pas hóé kwetsbaar en afhankelijk je als cliënt bent van de goede intenties van degene die tegenover je zit.

Want in die therapie heeft de therapeute mij opnieuw seksueel misbruikt. Het is niet fijn om erover te praten, tegelijk vind ik het belangrijk. Daarom heb ik twee jaar geleden het boek Rood is ja geschreven – ik vertel daarin wat mij daar is overkomen.

Seksueel geweld is een groot maatschappelijk probleem en er valt nog veel winst te behalen in de kennis die we er erover hebben en hoe we ermee omgaan. De helft van alle mensen die slachtoffer zijn van seksueel misbruik in hun jeugd wordt net als ik later opnieuw slachtoffer.

Dat komt onder meer omdat ze in hun jeugd niet hebben geleerd wat gezonde grenzen zijn, dát er überhaupt grenzen zijn. Als je jaar na jaar ervaart dat je nee niks waard is, dat jouw lichaam er is voor de ander en is overgeleverd aan wat diegene met je wil, wordt dát je blauwdruk.

De pleger zorgt ervoor dat het slachtoffer gaat liegen tegen de buitenwereld. “Dit is ons geheim,” zei mijn oom vroeger tegen me, “je mag het aan niemand vertellen, want dan gebeuren er heel erge dingen.” Dat deed de therapeut ook. Zo maken plegers hun slachtoffer medeverantwoordelijk.

Als je eenmaal in dat web zit, kom je daar bijna niet meer uit, want liegen wordt steeds meer liegen en vervolgens komt er ook nog eens een heleboel schaamte en schuldgevoel bij omdat je bent gaan liegen en jij je dus inderdaad medeverantwoordelijk voelt.

Het heeft me jaren gekost om die dynamiek te doorzien en te begrijpen dat ik níét schuldig was. De samenleving maakt slachtoffers ook medeverantwoordelijk met vragen als: maar waarom was je daar dan, op dat tijdstip? Waarom heb je dan geen nee gezegd? Waarom heb je gelogen?

Zulke waarom-vragen heeft ieder slachtoffer van seksueel geweld wel gehoord, en daarin ligt verwijt en de insinuatie dat je er zelf iets aan had kunnen doen. We leggen liever de verantwoordelijkheid bij het slachtoffer zodat we kunnen blijven denken: míj zou dat niet overkomen, ík zou gewoon nee zeggen.

Een halfjaar heb ik in dat web vastgezeten, en naderhand heb ik nog een hele tijd tegenover mijn vrouw Daniëlle en mijn vrienden hardnekkig ontkend wat er was gebeurd. Niet alleen omdat de therapeut me had ingefluisterd dat het om liefde en een gelijkwaardige relatie ging.

Maar ook omdat erkennen dat er sprake was van misbruik betekende dat ik onder ogen moest zien dat wat me vroeger is aangedaan, me nóg een keer was aangedaan – dus wat zegt dat over mij? Dat zegt dat ik werkelijk niks waard ben, dat ik alleen maar goed ben om misbruikt te worden.

Pas nadat ik onder haar invloedssfeer vandaan was, kon ik langzaam gaan inzien wat er was gebeurd en ophouden mezelf daarvan de schuld te geven. Een nieuwe therapeut, Daan en mijn vrienden hebben mij de ruimte gegeven om zelf achter de pijnlijke waarheid te komen: ik ben nogmaals verraden, nogmaals tot slachtoffer gemaakt.

Dat was het begin van herstel, maar tegelijk misschien nog wel het pijnlijkste en schadelijkste van alles: tijdens de behandelsessies had die therapeut me voor het eerst een soort van veiligheid laten ervaren, terwijl ze me die daarna meteen weer heeft ontnomen.’

Inzicht 2: Niet alles komt goed, en dat is óók goed

‘Die tweede keer misbruik was voor mij één klap te veel. Tot die tijd had ik een milde vorm van PTSS: ik had wel sombere periodes, maar geen herbelevingen of nachtmerries. Na die tweede keer is de PTSS volledig ontvlamd en werd ik heel erg ziek.

Kalmeer je lichaam, kalmeer je geest
Training

Kalmeer je lichaam, kalmeer je geest

  • Leer je omgaan met overprikkeling en overspoeling 
  • Ontwikkel je meer lichaamsbewustzijn
  • Creëer je meer balans met behulp van de polyvagaaltheorie
Bekijk de training
Nu maar
69,-

Ik kon soms niet meer lopen, kreeg enorme angstaanvallen en werd overspoeld door nachtmerries en herbelevingen. Ik durfde de deur niet meer uit. Om dat te boven te komen had ik natuurlijk therapie nodig, maar juist die enige plek waar ik zou kunnen werken aan mijn herstel was totaal gecorrumpeerd.

Dus de eerste tijd voelde ik alleen maar wantrouwen jegens mijn nieuwe therapeut en zat ik elke sessie met mijn armen over elkaar – ik gaf geen enkele openheid van zaken. Mijn psychiater en psycholoog begrepen dat en gaven me geduldig alle tijd gegeven om weer te leren vertrouwen.

Naast gesprekstherapie kreeg ik veel EMDR voor die herbelevingen en nachtmerries. In plaats van drie herbelevingen op een dag heb ik die nu eens in de twee weken. Mijn angst om naar buiten te gaan heb ik letterlijk stapje voor stapje moeten overwinnen, door mijn deur uit te stappen en elke dag een stap meer de buitenwereld in te zetten.

Dat proces heeft jaren geduurd. Het is een klein wonder dat ik inmiddels anderen weer kan vertrouwen. Gelukkig maar, want zonder vertrouwen kun je geen werkelijk contact met anderen maken.

Het gaat nu zoveel beter dan ik een paar jaar geleden had durven dromen. Ik durf weer naar buiten, ben in staat om dingen te ondernemen, ik kan weer met mijn vrouw en dochter zijn, mijn werk weer doen. Leven, in plaats van overleven. Zoals vroeger wordt het nooit meer.

Toen speelde ik viermaal per week en deed daar nog van alles naast. Nu speel ik twee keer en moet ik soms wel twee dagen bijkomen. Dan ga ik alleen maar wandelen en maak ik geen afspraken. Mijn leven is stukken rustiger, omdat ik veel gevoeliger ben voor prikkels en meer hersteltijd nodig heb.

Niet alles komt goed, en dat hoeft ook niet. Dat is de kern van mijn nieuwe voorstelling Prikkelarme kermis. Een totaal andere visie dan we gemiddeld genomen in onze samenleving hebben, want meestal vegen we het liefst alles wat niet zo fijn is onder het tapijt en dan is alles weer goed. Het is lastig te erkennen dat sommige dingen niet meer goed komen, niet meer heel worden.

Toen ik weer ging werken, kreeg ik regelmatig de vraag of ik weer de oude ben. Nee, dat kan niet, want een crisis verandert je onherroepelijk. Maar ik weet dat het een goedbedoelde vraag is, dus ik reageer meestal vriendelijk: “Nee,” zeg ik dan, “de oude word ik niet meer, maar dat is prima.” De pijn en rafels mogen er ook zijn, en daarin ligt voor mij veel lichtheid.’

Inzicht 3: Klein geluk is het grootste geluk

Sara Kroos: ‘Een van mijn grootste inzichten van de afgelopen jaren is dat klein geluk het grootste geluk is. Ik leef heel anders dan voorheen, mijn leven is veel rustiger en kleiner geworden. Daar zou je om kunnen rouwen, maar ik ben meer kwijtgeraakt dan ik werkelijk mis.

Ik zie vooral de schoonheid van hoe ik nu leef, zeker omdat ik weet hoe het de afgelopen jaren is geweest. Elke koffie met Daan in de zon is een groot cadeau. Ik vind het fijn om altijd iets op de agenda te hebben om naar uit te kijken. Iets kleins, zoals op zondag op de hei gaan wandelen en appeltaart eten. Of we plannen dat we op vrijdag een nieuwe film gaan kijken met z’n drietjes.

Het is fijn om actief kleine dingen te agenderen om me op te verheugen. Noodgedwongen heb ik een andere manier van leven ontdekt, die eigenlijk beter bij me past. Bewuster, rustig, en veel zachter.

Ik had als het ware een leren jas aan, als een beschermlaag. Ik kon vrij aanwezig zijn, door mijn grote mond en grappen. Ik deed me stoerder voor dan ik als introverte persoon eigenlijk was.

Die snelheid en verharding zijn eraf. Daardoor ga ik zachter met mezelf, maar ook met anderen om. Ik ben nog wel een beetje zoekende hoe ik me tot mijn gevoeligheid moet verhouden. Maar liever behoorlijk gevoelig dan ooit nog die leren jas aan te trekken. Het voelt alsof ik meer ben samengevallen met wie ik werkelijk ben.’

Inzicht 4: Mijn zorgen zijn niet die van mijn kind

Sara Kroos: ‘Als het gaat om ouderschap is een van mijn grote inzichten dat mijn zorgen niet die van mijn dochter mogen worden. Dat heb ik tot een belangrijk speerpunt in mijn moederschap gemaakt.

Toen Julia een aantal jaar geleden begon met uitgaan, zei ik bijvoorbeeld: “Doe je voorzichtig?” of “Pas je op?” En als ze ging skiën – iets wat ze heel goed kan – vroeg ik: “Je gaat toch niet van de zwarte piste af, hè?”

In de periode dat ik ziek was en heel bang, klonk dat door in mijn taal, maar op een gegeven moment realiseerde ik me dat ik mijn angsten niet op haar wil overdragen en ervoor moet zorgen dat zij zo min mogelijk last heeft van wat mij is overkomen.

Ga voor groei
Word nu abonnee

Ga voor groei

Kies voor Psychologie Magazine en ontvang elke maand verrassende inzichten over gedrag, liefde, werk en mentale gezondheid. Ook ontvang je 15% korting op alle online trainingen in onze Psychologie Academy.

Word nu lid

Ik ben mijn patronen en reacties onder de loep gaan nemen en gaan trainen, door me steeds af te vragen: heeft mijn reactie nu met haar te maken of is het mijn projectie?

Zeker als je eigen angsten zo groot zijn, is het mijn en dijn soms lastig te zien, dus ik ben met haar ook het gesprek aangegaan: “Als er iets is wat ik niet handig heb aangepakt of waarmee ik je tekort heb gedaan, kom je er dan mee?” Daardoor communiceren we nu veel beter met elkaar.

Fouten maak je als ouder hoe dan ook. En per ongeluk je eigen dingen projecteren op je kind overkomt iedereen weleens. Maar wat je wel kunt voorkomen is dat je op die eerste fout nog een tweede fout stapelt door te ontkennen of het niet te bespreken. Ergens op terugkomen en je vergissing werkelijk erkennen, dat is iets prachtigs en geeft veel ruimte.’

Inzicht 5: Dieren voelen je aan op een diep niveau

‘Ik hou erg van dieren. We hebben vijf Siberische boskatten, en ik zou eigenlijk ook nog graag een hond willen. Contact maken met mensen vind ik niet altijd makkelijk. Ik ben daar verlegen in.

En als ik somber ben, trek ik me terug en is contact met anderen een van de eerste dingen die afvallen. Maar met dieren kan ik me altijd verbinden, zelfs op mijn slechtste momenten.

In de tijd dat ik veel EMDR kreeg en steeds terug moest naar het seksueel geweld, kwam ik na afloop kapot thuis. Ik werd er fysiek ziek van en kon alleen nog maar op de bank liggen. Een van onze katten, Lena, kwam dan steeds bij me liggen en legde haar pootje op mijn hand. Zó lief.

Dat vind ik zoiets fantastisch aan dieren, ook bijvoorbeeld aan hulphonden, die angstaanvallen, epilepsie of zelfs dissociatie kunnen voelen aankomen. Een dier kan zoveel voelen op een diep niveau. Naast het plezier dat je aan ze hebt, kan een huisdier je echt nabij zijn. Aan Lena heb ik heel veel steun gehad.’

Inzicht 6: Liefde is ook elkaars donkerte omarmen

Sara Kroos: ‘Daniëlle en ik zijn nu veertien jaar samen en nog steeds als ik haar zie, denk ik: wat ben jij toch een ontzettend leuke vrouw en wat ben ik een bofkont dat ik met jou dit leven mag delen.

Daan is een heel autonoom iemand met veel interesses, zij is nieuwsgierig naar alles wat er om de mens heen beweegt, naar politiek en kunst. Dat maakt haar tot leukste gesprekspartner die er is.

We vermaken ons altijd heel erg met z’n tweeën. Tijdens de lockdown hebben we het samen thuis heel fijn gehad. Op vrijdagavond deden we alsof we naar een restaurant gingen; dan verzon ik een dagmenu, printte een menukaart uit, zette een gezellig muziekje op. Daarna gingen we dan “naar de bioscoop” – Netflix –, met popcorn en cola. Zo maakten we er wat moois van.

Voordat ik haar leerde kennen was ik bijna geforceerd onafhankelijk. Ik dacht dat ik het allemaal zelf moest doen, het alleen moest zien te rooien. In mijn sombere periodes kwam ik pas als ik alles weer op een rijtje had uit mijn schuilplaats.

Maar juist het feit dat Daan en ik samen door een enorme crisis zijn gegaan, waarin we genadeloos eerlijk zijn geweest en elkaar op ons slechtst hebben meegemaakt, maakt onze relatie zo sterk.

Als je ook elkaars schaduwkanten kunt omarmen en liefhebben, geeft dat een heel stevige basis. We hebben een rijkere liefde nu, omdat we de donkerste kanten van elkaar gezien hebben. En samen weten we altijd het licht weer te vinden.’

Sara Kroos (5 april 1981) won in 2000 het Leids Cabaret Festival en ging vervolgens op tournee met haar eerste theaterprogramma Honger.

Ze was een tijd vaste gast in het tv-programma De lama’s, schreef colums voor onder meer Viva en maakte de ene voorstelling na de andere, waaronder Zoetgevooisd (2005-2007), waarmee ze de prijs Neerlands Hoop won, Voor de leeuwen (2011-2013) en Doorgefokt (2015-2017).

Met haar vorige show, Verte, won ze in 2020 de Poelifinario voor het beste cabaretprogramma. In 2022 verscheen haar boek Rood is ja, over seksueel misbruik.

Haar nieuwe voorstelling, Prikkelarme kermis, is tot eind mei te zien. Kroos is getrouwd met voormalig tv-hoofdredacteur Daniëlle Meyer en heeft een volwassen dochter, Julia, uit een eerdere relatie.