Hebben we een vrije wil? Het begrip ‘vrije wil’ houdt volgens een gangbare definitie in dat je onder dezelfde omstandigheden ook een andere keuze had kunnen maken. Er bestaat geen twijfel over dat we het gevoel van een ‘vrije wil’ hebben en ons gedrag weloverwogen sturen. Dat gevoel ontstaat doordat onze linkerhersenhelft achteraf een logisch verhaaltje maakt om de vraag waarom we een besluit hebben genomen te verklaren.
Hoewel dat verhaaltje pas wordt gemaakt nadat we het besluit hebben genomen, geeft dit ons wel de plezierige illusie dat we bewust zelf onze beslissingen nemen en keuzes maken, en dit maakt het ook zo moeilijk om te aanvaarden dat experimenten laten zien dat het in werkelijkheid anders is. Hoewel ik dit alles weet en ook aan mijn studenten vertel, heb ik zelf ook nog dagelijks plezier van deze illusie. Hoe sterk je gelooft in het verhaaltje van de linkerhersenhelft hangt onder andere af van je lichamelijke conditie. Mensen die minder controle over hun situatie hebben, zoals mensen met epilepsie of paniekstoornis, mensen die een heftig seksueel verlangen voelen, heel nodig moeten plassen of heel moe zijn, geloven minder in de vrije wil.
We beslissen vaak onbewust
Tegen de gedachte van een vrije wil pleit een aantal eigenschappen van ons brein. Onze hersenen kunnen, in veel opzichten, worden vergeleken met een gigantische computer die uitstekend kan werken op de automatische piloot. Net zoals vliegtuigen kunnen vliegen en landen op de automatische piloot, kunnen onze hersenen snel en automatisch onbewust functioneren.
Lang voor Sigmund Freud wees de Britse psycholoog en statisticus Francis Galton in het tijdschrift Brain in 1879 op de vele processen die in de hersenen onbewust of halfbewust verlopen. Beslissingen worden niet genomen door