Als verliefdheid in het spel is, komen onze hormonen en neurotransmitters flink in beweging. Wetenschappers hebben liefdesstofjes ontdekt die bijdragen aan het gevoel van binding dat zo belangrijk is bij de ware liefde. Uit onderzoek bij muizen blijkt bijvoorbeeld dat een hogere concentratie van het hormoon vasopressine in hun hersenen bijdraagt aan partnerbinding.
Hoe houd je je relatie leuk?
Kruipt de sleur in je relatie? Raak je soms wat verveeld? In deze video vertelt relatiepsycholoog Je...
Bekijk videoKnuffelhormonen
Een ander hormoon, oxytocine, ofwel ‘het knuffelhormoon’, blijkt ook gevoelens van liefde te stimuleren. Het komt onder andere vrij in de hersenen van zwangere vrouwen op het moment dat ze hun kind gaan baren, en roept gevoelens van binding en bescherming op.
Ditzelfde oxytocine speelt een rol bij seksualiteit: oxytocinespiegels verhogen drastisch tijdens een orgasme. Algemeen wordt aangenomen dat oxytocine ‘het hormoon van de langdurige relatie’ is: zodra we samen zijn met onze partner, komt het hormoon vrij in onze hersenen en bewerkstelligt daarmee gevoelens van rust, kalmte en veiligheid. Met als gevolg dat we ons hechten aan onze partner.
Maar met alleen lekker knuffelen zijn we er nog niet. Er is nog een stof die bijdraagt aan de partnerbinding: de neurotransmitter endorfine, waarvan verschillende typen bestaan die ons het harmonieuze gevoel bezorgen dat alles oké is in de buurt van die ene.
Alleen bij haar of hem produceren onze hersenen deze endorfinen, en voelen we ons vredig en veilig. Endorfinen zijn verslavend, net als alcohol. We willen steeds opnieuw dat lekkere gevoel hebben, dus zoeken we de persoon die ons dat gevoel verschaft, steeds weer op.
Passie brandt op
Maar wat doen onze hersenen als de vlinders door onze buik fladderen en we op een roze wolk lopen, kortom, wanneer we tot over onze oren verliefd zijn? Dan raast de neurotransmitter dopamine door ons hoofd.
Dopamine is vergelijkbaar met amfetamine, met dit verschil dat dopamine door het lichaam zelf wordt geproduceerd. Dopamine veroorzaakt dat gepassioneerde, euforische gevoel waar je intens gelukkig van wordt.
Steeds als we onze geliefde zien of aanraken, wordt dopamine losgelaten in ons brein, en wanen we ons in de zevende hemel. Net als endorfinen is dopamine verslavend, maar dan wel in veel sterkere mate: we hebben in rap tempo steeds grotere hoeveelheden nodig om hetzelfde prettige gevoel te ervaren.
Na verloop van tijd, meestal zo’n twee à drie jaar, houdt het lichaam het niet meer vol om een alsmaar hoger dopamineniveau te genereren en zakt de verliefdheid weg.
Dat verklaart waarschijnlijk waarom uit wetenschappelijk onderzoek naar voren komt dat relaties het vaakst na drie jaar op de klippen lopen.
Gelukkig is het mogelijk dit trieste lot te keren. Als we in de eerste drie jaar niet alleen in vuur en vlam staan, maar ook nog leuk kunnen opschieten met onze nummer één, zijn er genoeg oxytocine en endorfinen aangemaakt om het estafettestokje van de dopamine over te nemen, en kan de harmonie ons bij elkaar houden.
Helen Fisher: ‘Verliefd zijn is een oerdrift’
Ons gedrag in de liefde is voorgeprogrammeerd in ons brein, zegt de Amerikaanse liefdesonderzoeker H...
Lees verderEndorfinen kunnen veel langduriger worden aangemaakt dan dopamine; dat verklaart waarom liefde zo lang kan duren en verliefdheid relatief kort.
Verliefdheid is meer dan chemie
Moeten we nu concluderen dat liefde en verliefdheid slechts gigantische biochemische golven zijn die onze hersenen overspoelen? Nee, er is waarschijnlijk meer aan de hand in ons brein.
Zo toonde Harriet de Wit uit Chicago aan dat mensen die dezelfde chemische stof in hun hersenen krijgen toegediend, daar emotioneel verschillend op kunnen reageren.
De Wit gaf al haar proefpersonen een amfetaminepil. De ene helft van de mensen kreeg te horen dat er niets in de pil zat, de andere helft werd eerlijk geïnformeerd.
Beide groepen hadden dezelfde fysiologische reacties van opwinding en rusteloosheid, maar de ene groep voelde zich heel anders dan de andere groep.
De groep die te horen had gekregen dat er niets in de pil zat, voelde zich angstig en nerveus; de andere groep voelde zich plezierig en opgepept.
De Wit concludeert dat de interpretatie van een gevoel in het lichaam veel invloed heeft op de uiteindelijke emotie die we ervaren. Deze conclusie is overigens ook bij veel ander psychologisch onderzoek naar voren gekomen.
Je gevoel beïnvloeden
Emoties worden dus mede bepaald door onze gedachten. Maar kunnen mensen ook door louter aan iets of iemand te denken, een sterke emotie oproepen? Zou alleen al de gedachte aan een beminde de productie van liefdeshormonen en neurotransmitters kunnen oproepen?
Psychologe Miranda van Tilburg, die zich als een van de weinige Nederlandse wetenschappers verdiepte in de biochemie van de liefde, denkt dat onze gedachten zeker invloed hebben op onze liefdesgevoelens: ze zorgen ervoor dat we ons lekker voelen en naar die ander toe blijven gaan.
Maar het zijn vervolgens het zien en het aanraken die de verliefdheid draaiende houden, zegt ze. ‘Alleen bij contact met een geliefde werken de hersenen mee aan de afgifte van de benodigde hormonen en neurotransmitters. Je kunt de productie van die stoffen niet aan de gang houden door alleen te denken dat je smoorverliefd op iemand bent.
Training Houd me vast (voor jou en je partner)
- Leer elkaar écht zien en begrijpen
- Ontdek hoe jullie pijnlijke momenten uit het verleden kunnen loslaten
- Officiële Emotionally Focused Therapy (EFT) training van Sue Johnson
- Met het boek Houd me vast van Sue Johnson
195,-
Houdt het contact op, dan stopt de toelevering van hormonen en neurotransmitters, en daarmee verdwijnt het gevoel van verliefdheid.’
Onze gedachten hebben in dit geval op indirecte wijze invloed op onze emotie. Psychofysiologisch gezien is het dan ook het beste om iemand met wie het niet klikt, helemaal uit de weg te gaan.
Onbeantwoorde liefde
Maar je hebt natuurlijk altijd mensen die zo’n wijze raad niet willen horen, en stug blijven volharden in hun onbeantwoorde liefde, ook als de ander hen niet ziet staan.
Bij velen van die verlangers moet sprake zijn van psychopathologie, denkt Miranda van Tilburg. ‘Ze hebben zóveel moeite met loslaten dat ze zelfs zonder biochemische ‘bekrachtiging’ in staat zijn om te volharden in hun onbeantwoorde liefde.’
Er zijn echter ook psychisch gezonde zielen die een jarenlange onbeantwoorde liefde blijven koesteren. Van Tilburg: ‘Zoiets zie je wel eens in hechte vriendschappen waarin de een stiekem gek is op de ander. Door het vele samenzijn ontstaan onderlinge gevoelens van veiligheid en rust, en krijgen endorfinen en oxytocine vrij spel.
Die kunnen de eenzijdige verliefdheid vervolgens jarenlang bekrachtigen. Wanneer echter sprake is van een minder intieme vorm van contact, zullen geen gevoelens van veiligheid en rust ontstaan.
Er komen dan geen hormonen en neurotransmitters vrij om de rust en veiligheid te bestendigen. De onbeantwoorde liefde dooft dan vanzelf uit.’